Deel deze pagina

Bevoegdheden

De Inspectie heeft een aantal wettelijke bevoegdheden die zij kan uitoefenen om haar taken uit te kunnen voeren en om indien nodig de gewenste situatie af te dwingen.

Zo zijn de ambtenaren van de Inspectie bevoegd om:
  • alle inlichtingen te vragen;
  • inzage te verlangen van alle boeken, bescheiden en andere informatiedragers. Ook zijn zij bevoegd om deze tijdelijk mee te nemen om daarvan een kopie te maken;
  • goederen aan opneming en onderzoek te onderwerpen. Deze kunnen tijdelijk worden meegenomen om daarvan monsters te nemen;
  • alle plaatsen (woningen uitgezonderd) te betreden;
  • woningen te betreden met uitdrukkelijke toestemming van de bewoner;
  • inzage in medisch dossiers, ook als de patiënt hiervoor geen toestemming heeft gegeven; dit is essentieel om onderzoek te kunnen verrichten. Hulpverleners kunnen zich ten opzichte van de Inspectie niet beroepen op hun medisch beroepsgeheim.

Van deze bevoegdheden mogen de medewerkers van de Inspectie alleen gebruik maken voor zover dit redelijkerwijs nodig is voor het vervullen van haar taak.

De Inspectie is daarnaast bevoegd tot:
  • het geven van een aanwijzing; Aanwijzingen kunnen worden gegeven om richting te geven aan de uitvoering van wettelijke voorschriften. Er hoeft nog geen sprake te zijn van een overtreding van de wettelijke voorschriften. De aanwijzing kan gepaard gaan met een termijn waarbinnen deze moet worden uitgevoerd;
  • het toepassen van bestuursdwang; Dit betekent dat de Inspectie kan vorderen dat de overtreder een bepaalde activiteit dat in strijd is met de wettelijke regelingen stopt, terugdraait of een activiteit verricht dat noodzakelijk is ter uitvoering van een wettelijke regeling. Het verzegelen van gebouwen of terreinen en het meevoeren van zaken behoren ook tot het toepassen van bestuursdwang;
  • het opleggen van een last onder dwangsom; Bij overtreding van de wettelijke regelingen dan wel voorschriften kan de Inspectie aan de overtreder een dwangsom opleggen voor elke dag dat de overtreding voortduurt. De bedoeling hiervan is dat er aan de overtreding een eind wordt gemaakt.De hoogte van het bedrag wordt door de Inspectie vastgesteld. Hierbij houdt de Inspectie rekening met de ernst van de overtreding en de zwaarte van het belang dat wordt geschonden door de overtreding van het voorschrift;
  • het opleggen van een bestuurlijke boete. De Inspectie is bevoegd om een bestuurlijke boete op te leggen (maximaal Naf 1.000.000,-) in het geval een wettelijke regeling wordt overtreden. Bij het vaststellen van de hoogte van de boete dient de Inspectie o.a. rekening te houden met de ernst en de duur van de overtreding.

Tot slot is de Inspectie ook bevoegd om bij het Medisch Tuchtcollege een tuchtklacht in te dienen tegen een geneeskundige, een apotheker, een tandheelkundige of een vroedvrouw. Over het algemeen besluit de Inspectie tot het indienen van een tuchtklacht, wanneer zij van mening is dat het beroepsmatig handelen van betrokkene dermate te wensen overlaat dat het algemeen belang in het geding is.

Het Medisch Tuchtcollege neemt de tuchtklacht in behandeling en kan bij gegrondverklaring van de tuchtklacht een maatregel opleggen te weten: een waarschuwing, een berisping, oplegging van een geldboete, schorsing in de uitoefening van het beroep of ontzegging van de bevoegdheid om het beroep uit te oefenen.